meldpunt
word lid

De overheid wil de resterende rookruimtes overal versneld afschaffen. Aanleiding hiervoor is de uitspraak van de Hoge Raad over rookruimtes in de horeca.

Op 27 september 2019 heeft de Hoge Raad rookruimtes in de horeca definitief verboden naar aanleiding van een rechtszaak van Clean Air Nederland tegen de Nederlandse staat. De uitspraak van de rechter heeft geen betrekking op rookruimtes in andere branches, alleen op de horeca. Zowel Clean Air Nederland als de overheid vonden deze ongelijkheid onwenselijk. Daarom is het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een internetconsultatie gestart voor een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Het doel van deze AMvB is wetgeving om de rookruimtes in (semi-)publieke sectoren en openbare gebouwen en het bedrijfsleven versneld te sluiten. De einddatum van de consultatie was 10 juni 2020. Hieronder onze inzending ter ondersteuning van de nieuwe wetgeving.

Internetconsultatie AMvB afschaffen rookruimtes

Ruim 2,5 miljoen Nederlanders hebben een nicotineverslaving waardoor ze iedere dag (moeten) roken. De gevolgen van deze verslavingsziekte zijn groot; onvrijheid en lijden, overlast, miljarden euro's maatschappelijke kosten en de vroegtijdige dood van jaarlijks 20.000 rokers.

Clean Air Nederland ziet nicotineverslaving als een grote bedreiging voor de volksgezondheid en de (persoonlijke) vrijheid. Daarom werken wij al vanaf 1974 aan een rookvrije samenleving zonder nicotineverslavingen.

Inmiddels hebben we al veel gerealiseerd; rookvrije schoolklassen, rookvrije openbare gebouwen, rookvrije vliegtuigen en openbaar vervoer en de rookvrije werkplek. In 2008 is de horeca rookvrij geworden uitgezonderd kleine kroegen en rookruimtes. Via de Hoge Raad hebben we bereikt dat ook kleine kroegen (2014) en horeca-rookruimtes (2019) definitief rookvrij zijn geworden.

Deze laatste uitspraak van de Hoge Raad is voor het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aanleiding om middels een AMvB de rookruimtes in (semi-)publieke sectoren en openbare gebouwen en het bedrijfsleven op termijn te sluiten. Clean Air Nederland steunt een versnelde sluiting van alle rookruimtes.

Onze overwegingen:

1. Jurisprudentie

In 2014 en 2019 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat er geen uitzondering mogelijk is op het rookverbod voor publieke gebouwen, en dat rookruimtes in de horeca daarom verboden zijn. De Hoge Raad baseert de uitspraak op artikel 8 van de Kaderovereenkomst voor de bestrijding van tabaksgebruik van de Wereldgezondheidsorganisatie van de Verenigde Naties (het WHO-Kaderverdrag). Nederland is partij bij dit verdrag.
In het verlengde hiervan stellen wij dat conform artikel 8 van het WHO-Kaderverdrag rookruimtes in alle publieke gebouwen verboden zijn. Immers dit artikel houdt in dat de verdragspartijen effectieve maatregelen moeten nemen tegen blootstelling aan tabaksrook in ‘indoor public places’.

2. Rookcultuur

Nicotine heeft ten opzichte van heroïne en cocaïne een vergelijkbare verslavingsgraad. Het aantal verslaafden, het imago en de maatschappelijke schade verschillen echter enorm. Deze grote verschillen zijn vooral het gevolg van de door de tabaksindustrie gecreëerde rookcultuur waarin roken misleidend wordt gepositioneerd als een leefstijl met centraal vrijheid, ontspanning en gezelligheid.
Rookruimtes faciliteren en stimuleren het roken en daarmee ook de dodelijke rookcultuur. Clean Air Nederland is van mening dat zolang wij deze rookcultuur niet grondig afbreken het tabaksontmoedigingsbeleid van de overheid beperkt effectief zal blijven.
Natuurlijk zijn rookruimtes maar een (klein) deel van de rookcultuur, maar het afschaffen is op dit moment wel een voor de hand liggende en effectieve stap.

3. Rechtsongelijkheid bescherming burgers

Doel van het rookverbod is burgers beschermen tegen giftige en kankerverwekkende tabaksrook.
Die bescherming moet voor iedereen gelden; rokers en niet-rokers, personeel en gasten van horeca, personeel overheid en overige bedrijven en organisaties. Die bescherming geldt ook voor alle delen van de ruimtes en gebouwen, inclusief de rookruimte. Het toestaan van rookruimtes (buiten de horeca) geeft rechtsongelijkheid omdat daar de bescherming voor burgers ontbreekt.

4. Bevorderen volksgezondheid, voorbeeldfunctie

De overheid heeft de grondwettelijke taak (artikel 22 GW) om maatregelen te treffen ter bescherming en bevordering van de volksgezondheid. De overheid streeft al geruime tijd naar een rookvrije samenleving en erkent dat rookruimtes daarin vanzelfsprekend niet thuis horen. Rookruimtes doen juist afbreuk aan de inspanningen van de overheid om het roken te ontmoedigen.
In de transitie naar een rookvrije samenleving zou de overheid op basis van de grondwettelijke taak ter bescherming en bevordering van de volksgezondheid het goede voorbeeld moeten geven en als eerste de rookruimtes in (semi-)publieke sectoren en openbare gebouwen moeten sluiten, spoedig gevolgd door rookruimtes in het bedrijfsleven en overige organisaties.

5. Rookvrije Generatie

Jongeren kopiëren gedrag van hun 'helden' in de omgeving (familie, vrienden, collega’s) of in de media. Iedere week raken honderden jongeren verslaafd aan roken door verkeerde voorbeelden en beïnvloeding. Clean Air Nederland zet zich in om opgroeiende kinderen en jongeren te beschermen tegen blootstelling aan tabaksrook, en te beschermen tegen de verleiding om te gaan roken om te voorkomen dat ze verslaafd raken. De aanwezigheid van rookruimtes faciliteert en stimuleert het roken en is daarmee in alle opzichten strijdig met onze doelstellingen van de Rookvrije Generatie.

6. 'Niet-roken' als norm

In het verlengde van de Rookvrije Generatie streven we naar een rookvrije samenleving. Een samenleving waarin niemand meer (over)lijdt aan de gevolgen van roken. Een maatschappij waarin iedereen vrij is om eigen keuzes te maken zonder (nicotine)verslavingen en afhankelijkheid van kankerverwekkende dodelijke tabaksproducten.
In deze missie moet 'niet-roken' de centrale norm worden om het goede voorbeeld te geven. Uitzonderingen op het rookverbod zijn een sterke ondermijning van de 'niet-roken' norm en daarmee een ondermijning van het draagvlak voor het algemene rookverbod. Voor rookruimtes kan dus geen uitzondering worden gemaakt.

7. Afbreuk ontmoedigingsbeleid

Roken is voor veel mensen geen vrije keuze maar een zware verslaving. Rookruimtes faciliteren en normaliseren deze verslaving en feitelijk stimuleren daarmee ook deze verslaving: ‘zien roken doet roken’.
De overheid voert een ontmoedigingsbeleid tabaksgebruik wat versterkt wordt in het Nationaal Preventieakkoord. Rookruimtes doen afbreuk aan het door de overheid gevoerde ontmoedigingsbeleid en zijn daarmee contraproductief.

8. Rookruimtes werken niet!

In de praktijk blijkt dat in de directe omgeving van een rookruimte de lucht in bijna alle gevallen te hoge concentraties fijnstof en giftige kankerverwekkende rookdeeltjes bevat. Rookruimtes leveren dus een substantieel gezondheidsrisico op voor iedereen in de buurt van een rookruimte.
Omdat er in de wet nergens is vastgelegd dat rookruimtes aan bepaalde (functionele) eisen moeten voldoen kan er ook niet worden opgetreden tegen slecht functionerende rookruimtes.

9. Bescherming personeel

Rookruimtes zullen regelmatig moeten worden schoongemaakt en de asbakken worden geleegd. Het personeel komt dan in aanraking met tweedehands en derdehands tabaksrook welke ook giftig en kankerverwekkend kan zijn. Rookruimtes vormen daardoor een gezondheidsrisico voor personeel.

10. Sociale druk

Roken kan een pauze zijn en een gezellig moment met anderen. Het is mogelijk of zelfs aannemelijk dat anderen in het rokend gezelschap blijven of zich aansluiten. Rookruimtes kunnen meeroken stimuleren waardoor anderen ook worden blootgesteld aan giftige tabaksrook.

Clean Air Nederland
Tom Voeten, bestuursvoorzitter

Meldpunt
info@cleanairnederland.nl
010-3200023 | 06-30082264
        
Word lid