Ruth Dempsey, 28 jaar lang werkzaam bij tabaksgigant Philip Morris International (PMI), werd in 2020 benoemd tot lid van het Britse Comité voor Carcinogeniciteit (CoC), dat ministers voorziet van onafhankelijk advies over kankerrisico’s.
Tijdens haar loopbaan bij PMI speelde Ruth Dempsey een belangrijke rol in het promoten van de bedrijfsbelangen, waarbij ze onder meer pleitte voor versoepelde regelgeving rond PMI-producten zoals de IQOS, een alternatief voor gewone sigaretten. Opmerkelijk is dan ook haar benoeming tot lid van het Britse Comité voor Carcinogeniciteit van Chemicaliën in Voedsel, Consumentenproducten en het Milieu (CoC).
Ondanks dat ze is gepensioneerd blijft Dempsey betaald werk verrichten voor PMI, schreef ze een door PMI gesponsord artikel over regelgeving voor verhitte tabaksproducten, en bezit ze aandelen in het bedrijf. Op sociale media blijft ze ook in contact met leidinggevenden van PMI. Dempsey verklaart dat ze altijd transparant is geweest over haar belangen en dat haar werk voor de commissie gebaseerd is op haar wetenschappelijke achtergrond en jarenlange ervaring: “Mijn bijdragen aan het CoC zijn gebaseerd op mijn wetenschappelijke training en tientallen jaren ervaring in het veld.” Ze voegt eraan toe dat ze nooit vertrouwelijke informatie zou delen met PMI.
Haar aanstelling roept echter zorgen op over de mogelijke invloed van de tabaksindustrie op het werk van de commissie, wat volgens critici de objectiviteit en integriteit van het CoC kan ondermijnen. Sophie Braznell van de Tobacco Control Research Group van de Universiteit van Bath zegt: “De belangen van Big Tobacco zijn niet ambigu: ze willen geld verdienen door producten zoals IQOS, Zyn maar ook traditionele sigaretten te verkopen.” Martin McKee, professor in Europese volksgezondheid, benadrukt het belang van onafhankelijkheid: “Het is van cruciaal belang voor het publieke vertrouwen dat commissies zoals deze volledig vrij zijn van associaties met gevestigde belangen. Deze benoeming lijkt die toets niet te doorstaan.”
Luciano Ruggia, directeur van de Zwitserse Vereniging voor Tabakscontrole, noemt haar rol zelfs “schokkend” gezien haar geschiedenis van werk voor PMI: “Ze zou helemaal geen zitting moeten hebben in dit orgaan.” Dempsey stelt dat er geen sprake is van ongepast gedrag, en dat ze haar potentiële belangenconflicten altijd heeft gedeclareerd wanneer dat relevant was. Ze benadrukt: “Als er een onderwerp gerelateerd aan tabaksproducten zou zijn, zou ik zeker mijn belangenconflict aangeven.”
Daarnaast wijzen experts op het WHO-verdrag dat door de Britse overheid is aangenomen en dat oproept om contacten met de tabaksindustrie te beperken om volksgezondheidsbeleid te beschermen tegen industriële beïnvloeding. Het verdrag stelt dat er “een fundamenteel en onverenigbaar conflict is tussen de belangen van de tabaksindustrie en die van het volksgezondheidsbeleid”, en adviseert regeringen om voorzichtig te zijn bij contacten met de industrie.
Het ministerie van Volksgezondheid en Sociale Zorg stelt dat potentiële belangenconflicten beheerd worden door de voorzitter van de commissie en de secretaris en dat deze belangen jaarlijks worden gepubliceerd.